Taal:
Wij werken tijdens behandelingen aan het vergroten van de woordenschat, het verbeteren van de zinsbouw (correcte zinnen maken) en het verbeteren van de verhaalopbouw. Daarnaast werken wij aan het begrijpen van taal en het verbeteren van luistergedrag.
Spraak:
Wij werken tijdens behandelingen aan binnensmonds spraak, een te snelle of onverstaanbare spraak en aan stotteren. Ook werken wij aan een nasale spraak (neusspraak), aan problemen met spreken na een beroerte of een CVA en aan articulatiestoornissen (wanneer klanken niet goed worden uitgesproken).